
Titel : |
Can the EU live up to the expectations of its child citizens? |
Documenttype: |
artikel |
Auteurs: |
Larkins, Cath, Auteur |
Uitgegeven: |
Leiden [Netherlands] : Martinus Nijhoff Publishers |
Publicatiedatum: |
2011 |
Tijdschrift: |
The International Journal of Children’s Rights, ISSN 0927-5568 Vol. 19, No. 3  |
Paginering : |
p. 451-476 |
Taal : |
Engels (eng) |
Trefwoorden: |
Beleid:Kinderrechtenbeleid:Algemeen Kinderrechten (inter)nationaal:Landen en regio's:Europa:Algemeen
|
Samenvatting: |
De EU heeft een verhoogde interesse in kinderrechten, zoals gezien in de Communicatie COM(637) 2006 final, het Verdrag van Lissabon in 2009 en ‘Een EU agenda voor de Rechten van het Kind (COM(2011) 60 final)’. Artikel 24(1) van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie bepaalt dat kinderen ‘hun mening vrij mogen uiten’. Deze meningen zullen in overweging worden genomen met betrekking tot zaken die het belang van kinderen aangaan in overeenstemming met hun leeftijd en maturiteit. De tijd is aangebroken om de mening van kinderen naar de EU toe te adresseren, in de verwachting dat de EU klaar is om hen mee in overweging te nemen. In onderzoek van twee EU lidstaten hebben 55 kinderen tussen de leeftijd van 5 en 13 jaar – in vluchtelingengroepen, etnische minderheden, al dan niet verzorgd, zigeuners, kinderen met beperkingen en jonge zorgzame kinderen – aanspraak gevorderd voor burgerschap. Dit artikel kijkt naar voorbeelden van de aanspraak van de groep in de context van het EU beleid om zo verder te onderzoeken wat de EU kan doen om te voldoen aan de verwachtingen van deze jonge burgers. |
Summary: |
There has been increasing interest in children’s rights from the EU, seen in the Commission’s 2006 Communication (COM(367) Final 2006), the Treaty of Lisbon 2009 and the Commission’s 2011 Communication ‘An EU Agenda for the Rights of the Child (COM(2011) 60 final)’. The Charter of Fundamental Rights of the European Union Article 24(1), states that children ‘may express their views freely’. Such views shall be taken into consideration on matters which concern them in accordance with their age and maturity. The time is therefore ripe to address the views of children towards the EU, in the expectation that the EU may be ready to take them into consideration. In research in two EU Member States, fifty-five children aged 5 to 13 – in groups of refugee, minority ethnic, looked after, gypsy traveller, disabled and young caring children – developed claims for citizenship. This article looks at examples of the groups’ claims in the context of EU policy, to explore what the EU could do to live up to the expectations of these young citizens. |
Link naar een elektronische bron: |
http://booksandjournals.brillonline.com/content/10.1163/157181811x584569 |
Vaste link: |
http://www.kekidatabank.be/index.php?lvl=notice_display&id=1030 |
|