
Titel : |
ASEAN States, Their Reservations to Human Rights Treaties and the Proposed ASEAN Commission on Women and Children |
Documenttype: |
artikel |
Auteurs: |
Linton, Suzannah, Auteur |
Uitgegeven: |
Baltimore [USA] : John Hopkins Univeristy Press |
Publicatiedatum: |
2008 |
Tijdschrift: |
Human Rights Quarterly Vol. 30, No. 2 |
Paginering : |
436-493 |
Taal : |
Engels (eng) |
Trefwoorden: |
Kinderrechten (algemeen):Algemeen Kinderrechten (inter)nationaal:Landen en regio's:Azië & Pacific:Zuidoost Azië & ASEAN Mensenrechten:Algemeen
|
Samenvatting: |
Dit artikel werd geïnspireerd door de uitspraken gemaakt door een aantal deelnemers van de Vijfde Workshop in een ASEAN Regionaal Mechanisme over Mensenrechten in Kuala Lumpur (2006). De uitspraken gaven weer dat; aangezien alle ASEAN lidstaten deel uitmaakten van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind en het Verdrag inzake de Eliminatie van Discriminatie van Vrouwen, werden gemeenschappelijke wettelijke verplichtingen gedeeld zodat er een pad kon gevormd worden om vooruit te treden met het Hanoi Actie Plan van het Comité voor Vrouwen en Kinderen. Toen was het nog niet zeker dat ASEAN verder zou treden dan dit Comité. Dit artikel onderzoekt dus de wet op deze voorbehouden, en het belangrijkste in deze studie is een onderzoek naar de voorbehouden van de ASEAN lidstaten ten opzichte van de 6 belangrijkste mensenrechtenverdragen in het licht van het Verdrag van Wenen inzake het Verdragenrecht. De analyse situeert zich in het lopende debat over de voorbehouden van mensenrechtenverdragen, net als de beoordeling van de significantie en de impact van de ASEAN voorbehouden zelf, in relatie met de andere statelijke partijen over het voorstel van het Comité voor Vrouwen en Kinderen en internationaal recht in het algemeen. Sinds het artikel werd geschreven heeft ASEAN een nieuw Charter aangenomen, dat in Artikel 14 het creeëren van een mensenrechtenorgaan mogelijk maakt. Dit orgaan kan opereren overeenkomstig met de referentietermen die nog moeten worden beslist door de Ministers van Buitenlandse Zaken van ASEAN. Het Comité voor Vrouwen en Kinderen moet nog worden opgericht. |
Summary: |
This article was inspired by claims made by a number of participants at the Fifth Workshop on an ASEAN Regional Mechanism on Human Rights in Kuala Lumpur (2006) that because all ASEAN states were party to the Convention on the Rights of the Child and the Convention on the Elimination of Discrimination against Women, they shared common legal obligations and so the path was clear for moving forward with the Hanoi Action Plan's Commission on Women and Children. At that time, it was not clear that ASEAN would go any further than this commission. This article is therefore an examination of the law on reservations, but one that has at its core an examination of ASEAN states' reservations to the six main human rights treaties in light of Vienna Convention on the Law of Treaties. Analysis is situated in the on-going debate about reservations to human rights treaties, as well as assessment of the significance and impact of the ASEAN reservations in themselves, in relation to other state parties, on the proposed Commission on Women and Children, and on international law generally. Since this article was written, ASEAN adopted a new Charter for the organization, which, in Article 14, allows for the creation of a human rights body, to operate in accordance with terms of reference yet to be decided by the Foreign Ministers of ASEAN. The Commission on Women and Children has yet to be established. |
Link naar een elektronische bron: |
http://muse.jhu.edu/login?auth=0&type=summary&url=/journals/human_rights_quarter [...] |
Vaste link: |
http://www.kekidatabank.be/index.php?lvl=notice_display&id=1385 |
|