| Titel : |
Rechtspositie van jongeren in detentie : De Nederlandse Beginselenwet Justitiële Jeugdinrichtingen beschouwd vanuit internationaal kinderrechtelijk perspectief |
| Documenttype: |
artikel |
| Auteurs: |
Liefaard, Ton, Auteur |
| Uitgegeven: |
Larcier (Brussel) |
| Publicatiedatum: |
2010 |
| Tijdschrift: |
Tijdschrift voor Jeugd en Kinderrechten (TJK) Vol. 2 |
| Paginering : |
p. 97-105 |
| Taal : |
Nederlands (dut) |
| Trefwoorden: |
Beleid:Kinderrechtenbeleid:Implementatie en monitoring:Algemeen
Justitie:Kinderen in detentie
Kinderrechten (inter)nationaal:Landen en regio's:Europa:Nederland
|
| Samenvatting: |
Sinds de aanvaarding van het Internationaal verdrag inzake de rechten van het kind (IVRK), iets meer dan twintig jaar geleden, kent het internationale recht een verdragsbepaling die specifiek betrekking heeft op detentie van jongeren: artikel 37 IVRK. In deze bijdrage wordt ingegaan op de voornaamste
implicaties van artikel 37 IVRK voor detentie van jongeren, waarbij in het bijzonder aandacht wordt besteed aan de rechtspositie van jongeren tijdens detentie. Voor de implementatie van een rechtspositie die recht doet aan artikel 37 IVRK is het van belang dat deze nader wordt uitgewerkt in nationale wetgeving. In verband hiermee zal in deze bijdrage tevens een blik worden geworpen op de Nederlandse Beginselenwet Justitiële Jeugdinrichtingen, die de rechten van jongeren in Nederlandse justitiële jeugdinrichtingen sinds 1 september 2001 reguleert. Ofschoon deze wet niet primair is ingevoerd ter implementatie van het IVRK, blijkt uit onderzoek dat deze wet wel in belangrijke mate voldoet aan internationale kinderrechtelijke verplichtingen. De Beginselenwet kan hiermee als een interessant voorbeeld dienen van nationale wetgeving, specifiek bedoeld ter regulering van de rechtspositie van jongeren in detentie, temeer daar nu informatie beschikbaar is over de werking van deze wetgeving in de praktijk. Helaas voert het te ver om alle aspecten van zowel het internationale recht als de Nederlandse wetgeving hier te bespreken. Volstaan zal worden met de belangrijkste bevindingen van recent verricht onderzoek. |
| Summary: |
The adoption of the CRC has a specific provision for minors in detention: article 37 CRC. This contribution elaborates on the main implications of this article for the detention of minors. Special attention is given to the legal position of minors during their detention. It is important to further elaborate the legal position of minors in detention in national legislation, in order to bring to right to article 37. Therefore, this article will also look at the Dutch Fundamental Law on Judicial Youth Institutions, which regulates the rights minors residing in Dutch Judicial Youth Institutions since September 1, 2001. Although this law was not inserted primarily to implement the CRC, research shows that it fulfills the international children’s rights obligations to a considerable extent. This makes this law an interesting example for national legislation specifically aimed at regulating the legal position of minors in detention, even more so now that information is available on how this legislation works in practice. Unfortunately, discussing all aspects of both the international and the Dutch law would bring us too far. Therefore, only the most important findings of recently conducted research shall be pointed out. |
| Vaste link: |
http://www.kekidatabank.be/index.php?lvl=notice_display&id=898 |
|
Rechtspositie van jongeren in detentie
